Uit het GGD rapport: De kinderen zijn vrij aan het spelen tijdens de observatie. De beroepskrachten spelen mee. De beroepskrachten gebruiken deze tijd ook om de kinderen bepaalde begrippen bij te brengen. Tijdens een balspel leren kinderen 'grote en kleine benen', 'ver en dichtbij', 'jou en mij' .
De beroepskrachten herkennen de signalen van individuele kinderen, kunnen deze correct interpreteren en sluiten hier tijdig en op een gepaste manier op aan. Het kind voelt zich gezien en begrepen.